Profronde Dussen 1956, eerbetoon aan Leo van der Pluijm
Na de Tour de France, waarin de ploeg van Pellenaars zo uitstekend gepresteerd had, kwam er in Nederland een ware koersgolf op gang. Heel Nederland wilde de tourhelden in levende lijve aan het werk zien, kunnen aanraken, maar vooral hulde brengen en toejuichen voor de sportieve prestaties geleverd in Frankrijk. Te beginnen in Hengstdijk in Zeeuws-Vlaanderen op 29 juli 1956, waarna er vrijwel elke dag wel ergens een profronde georganiseerd werd. Zoals in: het Olympisch stadion in Amsterdam, te Utrecht, De Acht van Chaam, op het TT-circuit van Assen, op het parcours aan de Hekellaan in Den Bosch, in Scheveningen, in Dussen op Hemelvaartsdag 15 augustus 1956, het kampioenschap van Nederland op 16 en 17 augustus, in Kampen, in Doetinchem en te Roosendaal.
De wedstrijd in het Olympisch stadion in Amsterdam werd gekoppeld aan een uitbundige huldiging. In twee open sportwagens werden de coureurs en ploegleiding rondgereden op de sintelbaan voor 20.000 enthousiaste toeschouwers die vochten om een handtekening of een foto van de renners. Wagtmans werd op de schouders over het veld gedragen. De aansluitende wedstrijd de Kleine Tour de France over 22 klassementen, werd een prooi voor Gerrit Voorting.
Daarnaast was er de Ronde van Nederland, van 6 tot en met 13 augustus, waaraan drie Nederlandse profploegen deelnamen namelijk de ploeg van Gerrit Schulte, die van Wim van Est en de Eforploeg van directeur Van Erp met Gerrit Voorting als kopman. Hierin was ook een plaats toebedeeld aan Leo van der Pluijm naast Wies van Dongen, Van Oers, Arend van't Hof, Schoenmakers, Van Grinsven en Verhelst. Echter de ploegleiding van Locomotief stak hier een stokje voor, gezien de inspanningen die hij als jonge renner al in de Tour had geleverd.
Zijn jonge leeftijd en het gevaar van overbelasting, zal waarschijnlijk ook de reden geweest zijn dat hij niet werd geselecteerd voor het WK in Kopenhagen eind augustus. Veteraan (41-jaar) Gerrit Schulde behaalde daar een fraaie bronzen plak achter winnaar Rik van Steenbergen en nummer 2 Rik van Looy. Voor het eerst werden beelden van dit kampioenschap uitgezonden op de Nederlandse televisie.
Leo had zijn goede vorm van de Tour weten te behouden want hij finishte in vrijwel al de koersen waaraan hij deelnam in de voorste gelederen. Hij gaf de wedstrijden bovendien mede glans door deel uit te maken van tal van ontsnappingen en mee te sprinten voor de eindzege. De verwachtingen voor de profronde van Dussen op Hemelvaartsdag, 15 augustus 1956, waren dan ook hooggespannen. Het was na de ronde van 1937 de tweede profronde van Dussen, georganiseerd als een eerbetoon aan Leo van der Pluijm; het jaar daarvoor was in Dussen nog een amateurronde gehouden. Het vierde Altena-criterium voor amateurs in Dussen in 1955 werd gewonnen door A. Wuijts uit Kruisland. Om onbekende redenen behoorde Leo destijds niet tot het deelnemersveld. De kerkelijke feestdag Maria Hemelvaart was een voor Dussen en de regio met zijn gemêleerde bevolking van katholieken en protestanten uitstekend getimed. De wedstrijd lokte dan ook maar liefst 8.000 toeschouwers (bron: De Waarheid 16-08-1956).
Rechts het Officieel Programma van de Ronde van Dussen voor Profs en Onafhankelijken van 1956 beschikbaar gesteld door Walter van Dortmont uit Hank.
Veertig beroepsrenners en onafhankelijken verschenen er aan de start voor een wedstrijd over 155 kilometer (100 ronden) die slechts door een veertiental rijders tot een goed einde gebracht zou worden. Start en finish waren gelegen in de Zuideveldlaan, ongeveer ter hoogte van het ouderlijk huis van Leo van der Pluijm. Vanaf de start gingen de renners richting de Dorpsstraat om bij de Sluis af te dalen naar de Molenkade om aan het eind daarvan links af te slaan de grindweg in van de Voorste Hoek en vervolgens bij de nieuwe hervormde kerk wederom de Zuideveldlaan in te draaien richting de meet. De lengte van deze omloop was 1.550 meter.
Gerrit Schulte toonde zich de onbetwiste heer en meester in Dussen. In 3.45.12 uur legde hij beslag op de eerste plaats. Slechts Wim van Est (2de) en plaatselijk favoriet Leo van der Pluijm (3de) wisten nog enigszins in zijn spoor te blijven. Alle overige coureurs - waaronder ook Jan Nolten - werden op minimaal een ronde gereden.
Ondanks het succes van 1956, bleef de profronde ook na de oorlog een eenmalige uitgave. Kennelijk kon het wielercomité met als licentiehouder Toon van Dijk (bakker en wethouder) niet genoeg financiële middelen bij elkaar gesprokkeld krijgen voor een herhaling. Wel werden er in de loop der jaren op wisselende data en verschillende parkoersen nog amateurkoersen georganiseerd.
Profiel
De coureur Leo van der Pluijm (10-2-1935), schoenmaker uit Dussen, was vanaf 1956 tot en met 1961 beroepsrenner. In 1956 en 1957 nam hij deel aan de Tour de France. In 1956, toen hij met de Locomotief ploeg van Kees Pellenaars zijn Tourdebuut maakte, werd hij 30ste in de eindrangschikking. In 1957 kwam hij in 4de etappe die geteisterd werd door een tropische hitte, 5 minuten te laat binnen en werd uit koers genomen. Ondanks een veelbelovend profdebuut was een frontale botsing met Wies van Dongen in België de oorzaak dat hij als renner niet meer hetzelfde niveau kon behalen. Met name lange ritten bezorgden hem fysieke problemen. Van der Pluijm stopte in 1961 en heeft enkele schoenenwinkels. Op 29 april 2002 kreeg Leo van der Pluijm het Zilveren Wiel van de KNWU opgespeld door districtsvoorzitter Everaers. Dagblad BN/De Stem berichtte daarover:Bronnen
Website http://www.kb.nl Historische kranten, periode 1956-1957.