Carnavalsstichting De Klaitrappers mag met haar oprichtingjaar in 1965 gerust gerangschikt worden onder de categorie verenigingen van een respectabele leeftijd. Piet Govaerts van Fanfare Wilhelmina en Kees Bouman van Dussense Boys doen daar doorgaans nog wel een beetje laatdunkend over omdat De Klaitrappers nog mijlenver verwijderd blijven van de ouderdom en de vermeende ervaring en wijsheid van de toeteraars (116 jaar) en de voetballers (86). Maar toch, met hun 48 jaren zijn de wilde haren van de carnavalsanimators van Klaiendam immers wel een beetje verdwenen en hebben deze plaatsgemaakt voor inzicht en mogelijk zelfs een tikkeltje bezadigdheid. Tenslotte “hep elk voordeel ook z’n nadeel”.
Dat betekent echter niet dat De Klaitrappers niet met hun tijd meegaan. De computer heeft ook bij de carnavalsclub z’n intrede gedaan. Zo stuurt penningmeester Hans tegenwoordig zijn berichten per e-mail naar de Kasteelbode. Eerst nog gevolgd door een telefoontje of het bericht wel is aangekomen, maar sinds enige tijd zelfs dat niet meer. Ook opa Kees behoort sinds kort tot de gevorderden op dit gebied en weet te melden dat een I-pet niet is om op je kop te zetten maar dat je hierop de stukken van de gemeenteraad kunt lezen. Met techneut en huisman Ad hebben ze bovendien iemand met “gouden handjes” in huis die ieder probleem met de somtijds vermaledijde computer oplost. Zoals zijn vader vroeger elke aftandse bromfiets weer aan de praat kreeg, zo verlost Ad (hi, hi, hi) in een handomdraai elke PC van Trojaanse virussen of andere vastlopers.
Zelfs Prins Bies I toont zich vaardig op het apparaat en heeft zich enthousiast op de zogenaamde sociale media gestort. Via Joe Tjoep doet hij de ganse wereld kond van zijn aantreden als Prins Carnaval. “Of dat de wereld daar op zit te wachten”, vraagt u zich af? Wis en waarachtig! Maar liefst meer dan 26.000 keer is zijn filmpje al bekeken. Overigens mag je wel de vraag stellen of dat ’t charisma van de prins van Klaiendam voor deze hoge kijkdichtheid zorgt, of dat misschien juist zijn medeacteurs en -actrices in deze rolprent voor het nodige kijkvermaak zorgen.
De fine-fleur van sauwelend Dussen treed namelijk op aan de zijde van Prins Bies I. En hoe! De dames van het gezelschap leven zich uit in zwoele dansjes op de achtergrond maar etaleren ook erotisch getinte standjes op het gazon voor het kasteel. Notabene op dezelfde plek waar de ezel van juffrouw Suringar haar eeuwige rustplaats heeft gevonden. Dat daarbij de hand van de prins wel erg dicht in de buurt van het omvangrijke achterwerk van Trien komt, nemen we maar op de koop toe.
Ondertussen probeert de prins het harnas van Maarten van Rossum aan het verstand te peuteren wat voor een belangrijk figuur hij wel niet is. Maar hij acteert ook in gewaagder scènes. Wat te denken van zijn saunabezoek waarbij zijn borstpartij die van zijn geliefde Monique naar de kroon steekt. Opvallend daarbij is ook zijn duik in het bubbelbad samen met Adriaon de Kéésboer en Fons uit ’t Rommegat. Is dit een eerste wanhopig signaal dat onze prins uit de kast probeert te komen?
Zelfs het Takkenwijf heeft zich ter meerdere eer en glorie van Klaiendams karnaval van achter aan de Hogendijk naar het kasteel in Dussen Binnen begeven. Gehuld in een gedurfd en gewaagd roze kleedje probeert zij de prins en de kijkers in verleiding te brengen. Mocht dat niet lukken dan is er natuurlijk altijd Brave Bart nog die haar ongetwijfeld in zijn robuuste armen zal sluiten.
Trien toont haar veelzijdigheid door al wachtend op de buurtbus in de buspaal te klimmen. Want het carnavalsmotto mag dan wel luiden “ut lopt zoas ut lopt” meerijden “meej de rooi bus” van Adriaon de Kéésboer is natuurlijk wel comfortabeler en sneller. Overigens, alvorens in te stappen, fluistert zij Prins Bies I nog iets in het oor. Wat voor geheimzinnigs zou zij te melden hebben gehad? Wie weet twittert zij haar geheim nog de carnavalswereld in. Alaaf!
Ton Lensvelt
Bronnen
Clubblad De Voorzet jaargang 2012-2013, nummer 5