Ambachtsheerlijkheid
Muilkerk wordt voor het eerst vermeld in 1276. Graaf Floris V van Holland geeft dan 'een hoeve bij Mulekerke' in leen aan Hendrik de Lycte, na de dood van Willem Mughe. In 1286 wordt in een akte in het archief van de abdij van Sint Truiden genoemd: Arnoldus 'rectoris ecclesie de Mulkerke' (leider van een niet-parochiële openbare zoals: tehuis voor zieken, bejaarden, armen of wezen of een klooster- of kapittelkerk). Hij treed als getuige op wanneer de parochianen van Babylonia (Hill bij Babyloniënbroek) erkennen dat de abt van Sint Truiden er het patronaatsrecht bezit. Gezien zijn titel was Arnoldus mogelijk geen pastoor van Muilkerk maar van de kapittelkerk in Munsterkerk. Op 8 april 1364 droeg Engebrecht van de Zande, zoon van Reynier van der Zande, een hoeve land met het ambacht van Muilkerk, een leen dat hij van zijn vader geërfd had, op aan hertog Albrecht van Beieren, ruwaard van Holland, tot hij meerderjarig zou worden; dit is de eerste vermelding van het ambacht Muilkerk.
Het leenrepertorium van de heerlijkheid van Muilkerk, dat begint in 1413, vermeldt dat het ambacht naast het gerecht bestond uit: uit koren- en smaltienden, visserij, vogelarij, wind en gemaal en drie leenmannen. Die rechten werden meestal verpacht, waarbij de opbrengst ten goede kwam aan de ambachtsheer. Het bracht in 1569 jaarlijks 100 pond op. Daarnaast had de heer het benoemingsrecht van de pastoor en Heilige Geestmeesters en later van de predikant, koster, kerkmeesters, schoolmeester en voorzanger maar ook van de schout, 7 schepenen, gerechtsbode, etc. Ook in dit geval werden de functies doorgaans aan de meest biedende verkocht. Zelf hing de heerlijkheid en de zogenaamde Adriaan van Herlaar’s hoeve, waar de lenen verheven moesten worden, af van de hofstede van de Merwede. Na 1604 werd het een leen van het Dordtse stadsbestuur.
Merkwaardig genoeg stond het kasteel van Dussen - waarvan de eigenaren tevens ambachtsheren van Munsterkerk waren - in Muilkerk, terwijl zij ook een flink conglomeraat van bezittingen in Muilkerk hadden. De hofstede van Munsterkerk had bijvoorbeeld meer eigendommen in de heerlijkheid Muilkerk dan de ambachtsheer van Muilkerk zelf. Andere grootgrondbezitters binnen het territorium van Muilkerk waren het huis De Merwede en de hofstede van Altena, o.a. met De Edelhoeven, (1392: zijnde twee hoeven), gelegen aan de Dussen (1392: in Muilkerk) en het ambacht daarvan. Maar ook de hofstede van Polanen en de hofstede Van Riede uit Werkendam waren er invloedrijk. Tevens bezat de Grafelijkheid [Hollant en Westfriesland] meerdere hoeven in Muilkerk en genoten zij er het gruitrecht (het heffen van bieraccijnsen). Daar stond tegenover dat de ambachtsheer van Muilkerk ook over enkele kleine eigendommen beschikte binnen het gebied van de heerlijkheid Munsterkerk.
Ambachtsheren van De Merwede
In 1338 kreeg ridder Daniël VII van De Merwede (1300-1345) van de graaf van Holland de hoge rechtspraak van Muilkerk. Hij sneuvelde bij Stavoren. De Merwedes behoorden - net als de Van der Dussen - tot de groep ministerialen, onvrijen die zich hadden opgewerkt tot lagere edelen. Hij was Raad van Willem IV, baljuw van Zuid-Holland (1333-1334) en schout van Dordrecht. Als baljuw van Zuid-Holland legde hij daarvoor al rekening en verantwoording af aan de grafelijkheid van Holland over Muilkerk. Zie hiervoor de Rekening Daniël van der Merwede, baljuw Zuid-Holland, van 13-9-1333 tot 20-10-1334. Over zijn eigendommen in het gebied van Muilkerk en Munsterkerk is verder niets bekend.
Vanaf 1345 tot 1390 waren zijn zoons Daniël VIII en Willem van De Merwede (als zodanig vernoemd in 1377) ambachtsheer. Behalve ambachtsheer had Willem van der Merwede ook een leenweer van 3 morgen land, gelegen aan de Dussen in 't sMildenhoeve in Muilkerk, in bezit.
Daniël VIII (1325-1379) behoorde tot het kamp van de Kabeljauwen en toonde zich een oorlogszuchtige avonturier die onder meer meedeed aan de Zeeslag bij Zwartewaal in 1351.
De Zeeslag bij Zwartewaal (ook wel Slag op de Maas) was een slag die plaatsvond tussen 3 en 5 juli 1351 bij Zwartewaal tussen de vloten van Margaretha van Beieren en haar zoon Willem V van Holland tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten. Deze strijd ging om de opvolging tussen Margaretha, die de Hoeken leidde, en Willem, die de Kabeljauwen aanvoerde.
Daniël VIII was ook van de partij bij de belegering van de burcht in Geertruidenberg in 1352, een Hoeks bolwerk dat in handen was van heer Filips van Polanen. De Kabeljauwse opperbevelvoerder was Jan IV van Arkel.
Maar ook internationale conflicten schuwde hij niet. Zo was hij ook vertegenwoordigd in de massale slag bij Poitiers in 1356 tussen Frankrijk en Engeland, onderdeel van de Honderjarige Oorlog. Hij maakte vele tochten door Europa, ook als kruisvaarder naar het Heilige Land. Hij stierf in het harnas. In 1380 sneuvelde hij op Rhodos toen hij meestreed tegen de Turken.
In 1413 werd Jenne van De Merwede, dochter van de krijgshaftige Daniël VIII, beleend met Muilkerk.
Ambachtsheren van Van Herlaar
Zij trouwde met Jan van Herlaar, waardoor de ambachtsheerlijkheid gedurende meer dan anderhalve eeuw (1424-1594) in bezit kwam van het geslacht Van Herlaar. Volgens Hendrik Donkersloot was deze Jan van Herlaar, ridder van Meerwijk. Hoewel verwantschap met de heer van Empel-Meerwijk mogelijk is, ontbreken concrete 14de-eeuwse bronnen die dat staven. Zie: Dissertatie Universiteit Leiden, Doornmalen A.G.J. van - De Herlaars in het Midden-Nederlandse rivierengebied (ca.1075 - ca.1400), datum: 10-12-2017.
Haar opvolger was hun zoon Adriaan I van Herlaar die in 1450 in Jeruzalem tot ridder geslagen zou zijn. Hij werd in 1462 beleend met een hoeve land in Muilkerk, de zogenaamde Adriaan van Herlaar hoeve (1396: aan die Dussen; 1536: groot 12 morgen; 1462: die al geruime tijd onder water stond maar nu ongeveer een jaar geleden is bedijkt; 1536: strekkend van de halve Dussen tot het land van Altena, enerzijds: de nonnen van Dordrecht, anderzijds oost: erven Adriaan Willemszoon). Zie: Repertorium op de lenen van de hofstede Strijen, 1290-1650.
Diens zoon Jan II van Herlaar, die later priester werd gewijd, werd in 1485 beleend met de Adriaan van Herlaar hoeve in Muilkerk. Ruim een eeuw later bleek deze nog steeds tot het familiebezit te horen. Dat bezit was ondertussen zelfs nog wat aangegroeid. Namelijk, in 1594, werd Johanna van Herlaar niet alleen beleend met de Adriaen van Herlaar hoeve maar ook met de zogenaamde Ponsenhoeve (13 morgen) in Muilkerk, die zij geërfd had van haar oom Frederik.
De belening met een hoeve land in 1462 betrof de zogenaamde Adriaen van Herlaarhoeve of Ridderlijke Hofstad (ridderlijk goed). In 1617 werd deze twaalf morgen grootte hoeve topografische omschreven 'als belent aan de eene zijde door de nonnen van Dordrecht en Adriaen Willemszoon aan de andere zijde, oostwaarts strekkende van de halve Dusse tot aan de Landen van Altena'. De hoeve was meer dan waarschijnlijk gelegen op de plaats waar later notaris Middelkoop woonde en de marechaussekazerne gevestigd was. Zie voor meer informatie over deze hoeve Adriaen van Herlaar hoeve, bakermat van Muilkerk.
In de nabijheid hiervan - wat meer ten oosten - lag ook De Ponsenhoeve, zo genoemd naar (1533) Ponsen Govert Brievincshoeve, 13 morgen groot met huizing en gezaat, en aangeduid als gelegen tussen De Dusse en de Broekse Wetering, ten oosten van van de Ruttensteeg. Voor een deel was deze hoeve in 1396 in bezit gekomen van Jan Storm Govert Brievincszoon door inruil van 4 morgen land: Donkere Wilgen in Munsterkerk naast Klawardskamp.
De ambachtsheren van Van Herlaar zullen zich niet of nauwelijks op hun goederen in Muilkerk vertoond hebben. Zij waren van oudsher in bezit van kasteel Meerwijk bij Den Bosch, maar hadden ook tal bezittingen elders. De Adriaen van Herlaarhoeve en de Ponsenhoeve, die het hart van hun bezittingen in Muilkerk vormden, werden verpacht.
Een uitzondering was Maen van Herler, die - hoewel hij in de genealogie van het geslacht [nog] niet is getraceerd - in de kohieren van de Tiende Penning van 1543/1544 wordt genoemd als heer van Muilkerk. Zijn familie bleek bovendien de grootste betaler van de Tiende Penning in Dussen met heffingen voor: Maen van Herlaer, zijn vrouw Joffrou van Herlaer en hun tenminste 7 zoons of hun weduwen die allen het patroniem Maens voerden, in alfabetische volgorde: Bastiaen, Dirck, Jacob, Maen, Michghiel, Peter en Peter de snijder. De totale gezamenlijke bijdrage van de familie Van Herlaer bedroeg 395 Carolus guldens. Zij beschikten namelijk niet alleen over flink wat land (87 mergen) maar hadden met elkaar ook 7 huizen of boerderijen in eigendom. Gelet op dit huizenbezit lijkt het er sterk op dat de ambachtsheer en zijn kinderen daadwerkelijk in Muilkerk woonden, ook al stonden er enkele van hun woningen in Munsterkerk. En dat was best wel bijzonder.
Latere ambachtsheren
Johanna van Herlaar droeg de heerlijkheid in 1599 over aan Brien de Feijter uit Gorinchem, die ook de Ponsenhoeve van haar overnam. In de zeventiende eeuw werd het bewind gevoerd door achtereenvolgens: Doedijns, Helman, Buysero en in de achttiende eeuw door Cau (in 1733 gehuwd met zijn nicht Gijsbertha Elisabeth van der Beecke). Na de dood van zijn weduwe Gijsbertha werd de heerlijkheid in het openbaar verkocht.
Over Heer Lauren Busero van Muijlkerk valt nog te vertellen dat hij in 1668 als Raad en Rekenmeester van Zijne Hoogheid prins van Oranje (later Willem III) werd benoemd als bemiddelaar op te treden omdat de regenten van Veere het oneens waren om de prins te benoemen als 'eerste edele van Zeeland' en zodoende te herstellen in de waardigheid van zijn voorvaderen.
Op 23 juni 1772 werd in het kasteel van het Grafelijke Hof van Holland in Den Haag de 'ambachtsheerlijkheid Muilkerk met zyn Huis en Landen' publiekelijk geveild waarbij de secretaris van Dussen Van Brandwijk als contactpersoon optrad.[Bron: Advertentie, Amsterdamse courant, Amsterdam, 21-05-1772]. Kopers voor een bedrag van ƒ 31.000,- waren Dirk Elemans voor de helft, zijn ongehuwde zuster uit Raamsdonk voor een kwart en Adriaan de Sel -vermoedelijk zijn schoonvader of zwager van Dirk- ook voor een kwart. In 1792 vermaakte zijn ongehuwde zuster haar aandeel bij testament aan Dirk Elemans. Heer van Muilkerk werd genoemde Dirk Elemans (1732-1807) uit Klundert, die ook al Heer van Sprang was en tevens president van het gemeentebestuur en van de rechtbank van Klundert. Na het overlijden van Elemans, in 1807, plaatsten zijn erven de heerlijkheid met haar landerijen in 1815 middels een publieke veiling opnieuw in de etalage. In een advertentie in de krant (zie onder) werd een specificatie gegeven van hun bezittingen in Muilkerk. Het geheel was indertijd voor 31.000 gulden aangekocht. De geschatte waarde van de verkoop bedroeg .......... Franken. Koper was de familie Berg die tot aan de opheffing van de 'heerlijke rechten' in 1798, respectievelijk 1848, eigenaar bleef.
Inkomsten uit de ambachtsheerlijkheid
Van ambachtsheer Dirk Elemans is een archief bewaard gebleven in het archief in Oudenbosch.
De uitverkoop begint
Na het overlijden van Dirk Elemans, in 1807, begon zijn weduwe, Maria de Sel, van lieverlee steeds meer bezittingen in Muilkerk van de hand te doen. Mogelijk had dat te maken met geldzorgen maar het kan ook een vooruitlopen geweest zijn op het afschaffen van de heerlijke rechten en andere privileges voor de adel.
Het ORA Munsterkerk in het Streekarchief Heusden, toegang 0115, inv.nr. 0102, maakt gewag van de verkoop en transport van een perceel weiland genaamd "de Geer" in het Groot-Zuideveld door Maria de Sel, weduwe van Dirk Elemans te Klundert, dit ten behoeve van Bastiaan Bastiaanse de Rooij te Dussen Muilkerk, 1810 1 katern.
P.J. Sprangers uit Babyloniënbroek kocht op 5 april 1810 de hoeve naast het kasteel van de erfgenamen van de in 1807 overleden heer van Muilkerk, Dirk Elemans uit Klundert. In de akte omschreven als: 'een woonhuis zijnde no. 36 met een schuur of achterhuis en hof voor het zelve woonhuis, mitsgaders een Boomgaard en alle boomen in den zelve gelegen voor ƒ 2200,-'. Na aankoop gaf Sprangers ook het startsein tot verbouwing van de hoeve. Een paar maanden later trouwde hij. Volgens overlevering stond een vergelijkbare boerderij als de Slothoeve oorspronkelijk op Den Hill of in Babyloniënbroek, maar werd deze daar afgebroken om met de stenen ervan een nieuwe boerderij naast het kasteel op te trekken.
Openbare verkoop van Heerlijkheid Muilkerk
Dagblad der provincie Braband, 27-12-1814
VERKOOPING bij OPBOD van 1 vaste GOEDEREN en HEERLIJKHEDEN, Gelegen zoo wel onder Dussen-Muilkerk, Dussen- Munsterkerk, den Hil, Waardhuizen, als in de Klundert, provincie BRABAND.
J. F. MIRAINDOLLE, en J. VAN NAERSSEN, Notarissen te BREDA, daartoe gecommitteerd bij Vonnis van de regtbank van eersten aanleg, de dato 8 Augustus 1814, den, 11 dito aldaar geregistreerd, zullen op de natemeldene dagen, des namiddags te twee uuren, in het koffijhuis van J.J. PEEBERGH, op de groote markt binnen Breda, aan den hoogst- en meest-biedenden publiek verkoopen:
Eerste koop. Eene HUIZINGE, SCHUUR, HOF en ERVE [zeer waarschijnlijk huis van Middelkoop, later Marechaussekazerne], staande en gelegen Dussen-Muilkerk, groot 3 hond [½ morgen], oost de straat [Ruttensteeg], west Jan Baptist van Gestel [I-470/472 naast Mar.kazerne], zuid de straat [Binnen] of vaart [de Dusse] en noord het kerkhof [protestants kerkhof]; gemerkt litt. A n°. 29. Getaxeerd op 2400 franken of ƒ 1142:17:4
Tweede koop. Een perceel WEIJLAND, gelegen als voren, groot 1 morgen 5 hond [bijna 2 morgen], oost en zuid Govert van Wijk, west de weduwe Verploegh [Johanna van Brandwijk, weduwe Govert Verploegh??], noord de heer Verhoeven. Getaxeerd op 800 franken of ƒ 380:19:0
Derde koop. Een perceel WEIJLAND, gelegen als voren, groot 3 morgen 2 hond, oost Pieter Rombouts. west de Ruttesteeg, zuid de straat en noord de volgende koop. Getaxeerd op 1600 franken of ƒ 761:18:0 [Koop 1 t/m 3 zal aangekocht zijn door notaris D.Middelkoop, eigenaar in 1830 I-472/8]
Vierde koop. Een perceel ZAAILAND, genaamd de Donk [is K-004], gelegen als voren, groot 2 en een half morgen, oost Gerard Verheijen, west de Ruttesteeg, noord het volgende perceel en zuid de watering. Getaxeerd op 2000 franken of ƒ 952:7:12.
Vijfde koop. Een perceel WEIJLAND [is K-003], gelegen als voren, groot 7 hond, oost Arnoldus Heijmans, west de Ruttesteeg, zuid de vierde koop en noord de zesde koop. Getaxeerd op 600 franken of ƒ 285:14:4
Zesde koop. Een perceel WEIJLAND [K-001/2], gelegen als voren, groot 3 morgen , oost de weduwe van Vijver van Wijk, west de Ruttesteeg, zuid de vijfde koop en noord waterloop. Getaxeerd op 1200 franken of ƒ 571:8:8
Zevende koop, Een perceel ZAAILAND, gelegen als voor, groot 6 morgen 3 hond, genaamd Kortjan [I417/418], oost Wouter Hagoort, Zuid Jacobus Baas, west en noord eigene erve. Getaxeerd op 4500 franken of ƒ 2142:17:5
Agste koop. Een perceel WEIJLAND [I419], gelegen als voren, groot 3 morgen, oost Wouter Hagoort, west en zuid eigen erf. Getaxeerd op 1400 franken of ƒ 666:13:6
Negende koop. Een perceel WEIJLAND, gelegen als voren, achter de huizinge van de heer P. J. Sprangers groot 9 hond, oost en noord eige erf, west den heer van Dussen Munsterkerk en zuid de heer Sprangers. Getaxeerd op 1000 franken of ƒ 476:31:4
Tiende koop. Een perceel ZAAILAND, gelegen als voor, groot 7 morgen, west de heer van Dussen Munsterkerk , zuid de negende koop, noord de elfde koop en oost eige erf. Getaxeerd op 5000 franken of ƒ 2380:19:6
Elfde koop. Een perceel WEIJLAND, gelegen als voren, groot 7 hond, oost, zuid, west en noord eigene erve. Getaxeerd op 600 franken of ƒ 285:14:4
Twaalfde koop. Een perceel WEIJLAND, gelegen als voor, groot 3 morgen 5 hond, oost en zuid eigene erf, west de heer van Dussen Munsterkerk en noord de waterloop. Getaxeerd op 1600 franken of ƒ 761:18:2
Dertiende koop. Een perceel WEIJLAND, gelegen als voren, groot 3 morgen 2 hond, oost de heer Verhoeven, zuid en west eige erve en noord de waterloop. Getaxeerd op 1200 franken of ƒ 571:8:8
Veertiende koop. Een perceel WEIJLAND, gelegen in den Zuidhollandschen polder onder Dussen Munsterkerk, groot 5 morgen 4 hond, west de heer Lr Coste, oost Antony Johannes-zoon van der Pluijm, en zuid den dijk. Getaxeerd op 2000 franken of ƒ 952:7:12
Vijftiendekoop. Een perceel WEILAND, gelegen in de gemeente den Hil, groot 4 morgen, oost de erven Verschoor, west Bastiaan Bastians zoon de Rooij, zuid de kade, en noord de waterloop. Getaxeerd op 1400 franken of ƒ 666:13:6
Zestiende koop. Een perceel WEIJLAND, gelegen onder Waardhuizen, in den banne den Duil, groot 4 morgen , oost de erfgenamen van den heer Sigmont en zuid de waterloop. Getaxeerd op 600 franken of ƒ 285:14:4
Zeventiende koop. Eene HUIZINGE, HOVINGE, SCHUUR en ERF, staande en gelegen in de Klundert aan de westzijde van de wester voorstraat, met een blijkveld voor dezelve over de straat, belend, de huizinge, oost de voormelde straat, zuid Marinus van der Masten noord het Domein; gemerkt litt. A n.° 82; en het blijkveld, oost de Botte-Kreek, west de wester voorstraat, zuid ... van Daalen en noord Francus Vos. Getaxeerd op 2200 franken of ƒ 1047:12:8 Agttiende koop. De ambachts-heerlijkheid DUSSEN MUILKERK, met de koorn- en smal-tienden, mitsgaders krijtende- en broeiende- tienden, visscherijen en vogelarijen, de wind met den gemale, en alle andere gevolgen van dien ; waarop ook behooren het regt van aanstelling van schout en secretaris, burgemeester en zeven schepenen, kerk- en arm-meesteren, nog de possessie van de ap- en improbatie van den predikant; ook de aanstelling van koster, voorzanger en schoolmeester, mitsgaders geregtsbode. Getaxeerd op 20,000 franken of ƒ 9.523:17:8
Negentiende koop. De heerlijkheid van SPRANG Getaxeert op 1000 franken of ƒ 476:3:14
De voorschreve goederen behooren tot den, onder beneficie van inventaris, aanvaarden boedel van wijlen vrouwe MARIA DE SEL, weduwe van den heere DIRK ELEMANS, gewoond hebbende en overleden in de Klundert. De eerste of provisionele toewijzing zal plaatshebben op vrijdag den 13 Januarij, En de tweede of finale Verkooping op vrijdag den 3 Februarij 1815. Nadere informatien te bekomen ten kantore van gemelde Notarissen. ZEG HET VOORT.
N.B. De waarde van ambachtsheerlijkheid Muilkerk werd getaxeerd op een kleine 10.000 gulden. De overige onroerende goederen, exclusief het huis in Klundert en de heerlijkheid Sprang, vertegenwoordigde een taxatiewaarde van omstreeks 13.000 gulden. Dat was samen dus ongeveer gelijk aan de oorspronkelijk aankoopsom van 31.000 gulden, minus het een/vierde aandeel van Adriaan de Sel van ƒ 7.750,-. Wat er met het aandeel in de Heerlijkheid Muilkerk van Adriaan de Sel is gebeurd, is niet bekend.
Adriaan de Sel was vermoedelijk de schoonvader van Dirk Elemans die gehuwd was met Gerardina Suzanna van Mourik. Gerardina overleed in 1797 en haar man een jaar later. Mogelijk dat de nalatenschap onder de 5 kinderen -waarvan Maria de Sel, de echtgenote van Dirk Elemans- er een was, verdeeld is geworden. De familienaam Van Mourik is echter ook in Dussen bekend. Zo was Suzanna Mourik gehuwd met landbouwer Gerrit Baas. Zij kochten in 1832 de boerderij Dussendijk 29 (Joske Verhoeven) om die in 1875 weer te verkopen aan Verhoeven.
Het tiendrecht was kennelijk in bezit gebleven van de familie De Fijter (Feijter), die vanaf 1594 tot 1607 ambachtsheer van Muilkerk waren. In 1880 werd 'het tiendrecht strekkende uit het Zuiden van de Hoeve Dussen af noordwaarts tot aan het land van Altena' namelijk publiekelijk te koop aangeboden, hoewel die aankondiging later weer werd ingetrokken. De gemiddelde opbrengst hiervan gedurende de laatste 15 jaren bedroeg ƒ 85,40 per jaar. Inlichtingen konden ingewonnen worden bij Jan de Fijter te Andel. Bron: Nieuwe Gorinchemsche Courant, 03/07/1880; p. 3/4.
Bronnen
Website DONB (Digitaal Oorkondeboek Noord-Brabant): A. Hasselt, RA, toegangsnr. 715, archief abdij van Sint-Truiden, inv. nr. 397.)
Hendriks, drs. J.P.C.A. - Onuitgegeven bronnen betreffende Dussen, 1305-1421, (1983), p 7-8.
Hendriks, drs. J.P.C.A. - Archeologie en bewoningsgeschiedenis Land Heusden en Altena, p 70.
Braams, B.W. - Weyden en zeyden in het broek, p. 46
Kadasterkaart Gemeente Dussen, sectie I genaamd Slotshoeve, Tweede Blad, opgemeten door Landmeester van de Eerste Klasse Peter van Driel (±1830).