Goot Eiland

Industrieterrein De Sluis, historische vergissing

Met de verdere ontwikkeling en uitbreiding van het industrieterrein aan de westzijde van de Loswal te Dussen werd ook een naam bedacht voor dit nieuwe gedeelte. Er werd gekozen voor De Sluis, een naam welke bij de inwoners van Dussen vooral bekendheid geniet als de ruim opgezette kruising van Molenkade/Loswal met Dorpsstraat/Oude Kerkstraat. Daar waar voor de oorlog het centrum van Dussen zich bevond, met de R.K. Kerk, Gemeentehuis, Café Leemans en Hotel Heessels en waar de jaarlijkse kermis z'n standplaats had.

De kruising dankt z'n naam aan het feit dat De Sluis van Munsterkerk (oudste vermelding 1622, maar van oudere datum) daar gelegen was, waarmee de uitwatering van de twee binnendijkse polders Groot - en Klein Zuideveld werd geregeld. De Molenkade, die deze twee polders in noord-zuid richting nog immer scheidt, werd aangelegd ten behoeve van de waterhuishouding en langs de westzijde van de kade werd een water gegraven dat vanaf de Gele Heining het riviertje De Dusse, middels deze waterloop en de uitwateringssluis in de Kornsedijk, in verbinding stelde met het buitenwater. Het water langs de Molenkade werd in twee fases in de vijftiger - (traject Wilhelminastraat - Hoek) en zestiger jaren (traject Wilhelminastraat - Sluis) gedempt.

Het is het dus niet zo verwonderlijk dat men het industrieterrein dat op loopafstand van de oorspronkelijke Munsterkerkse Sluis ligt, deze zelfde naam heeft gegeven. Toch heeft men hier bewust of onbewust een historische vergissing begaan.

Na de St Elisabethsvloed van 1421 stond het grootste deel van Dussen onder water. Pas 40 jaar later werd de Kornsedijk, aanvankelijk de Hoge Zeedijk geheten, opgeworpen, welke bescherming bood tegen het buitenwater. Toch stond begin 16de eeuw het water van het Bergsche Veld nog regelmatig tot aan deze dijk en dus ook tot aan de Sluis. Met name in de wintermaanden en bij hoogtij (vloed) moet het water flink zijn opgedrongen. Getuigen daarvan zijn de merkwaardige kronkel in de dijk bij Café De Bocht, de Krekeldraai genaamd, en de naam De Putten ter hoogte van de Nieuwe Steeg.
De bocht in de dijk bij de Krekeldraai is gevormd doordat men na een dijkdoorbraak en de daarbij ontstane wiel, de dijk weer gedicht heeft door deze eenvoudig om de wiel heen te leggen. Deze wiel, welke overigens al lang geleden is gedempt, en de wiel(en) ter hoogte van de Putten, welke hieraan zijn naam ontleend, zijn een bewijs dat na het leggen van de Kornsedijk (1461) deze nog herhaaldelijk stevig bestookt werd door het water en daar soms zelfs niet bestand tegen bleek.
Ook het reeds in 1632 vernoemde Rode Wiel ter hoogte van de Diebracht, waarvan de naam waarschijnlijk een afgeleide is van de sterk ijzerhoudende grond in het Zuideveld en welke met het slooppuin van de oude Keizersveersebrug werd gedempt, was 'n overblijfsel van een dijkdoorbraak.

Toch beginnen zich na verloop van tijd, door de gunstige omstandigheden voor sedimentatie, buitendijks aanwassen te vormen. Op een kaart van de bekende landmeters Pieter en Jacob Sluyter, getekent in 1562, zijn deze buitendijkse aanwassen.zichtbaar. Met name op het buitendijks verlengde van de Dussense stroomrug vielen gorzen droog, daarmee een aanzet vormend voor de latere Nieuw Zuidhollandse - of Dussensche polder.

Ten zuiden van De Sluis en de oude Noordelijke Maasdijk, bij Dussen Rommegatsedijk (oudste vermelding 1632) genoemd, had het water vanuit het Bergsche Veld zich in de oorspronkelijke bedding van de Oude Maas, door de werking van eb en vloed, een zeer brede en trechtervormige inham geschuurd, welke zich pas ter hoogte van Drongelen-Hagoort weer versmalde tot de oorspronkelijke breedte én bedding van de Oude Maas.
Net als buitendijks in de latere Zuidhollandse polder, kwam ook in deze brede getijdengeul aan weerszijden van de oevers een verlandingsproces op gang.
Met de landaanwinst nam ook het gesteggel over het eigendomsrecht hand over hand toe. De nieuwe loop van de Oude Maas, welke oorspronkelijk de grens van Munsterkerk bepaalde, was tussen Hagoort en Dussen belangrijk zuidelijker komen te liggen. Daarom besloten de ingezetenen van Capelle, op de plaats van de oorspronkelijke Oude Maasbedding, tot het graven van De Scheijsloot (voor het eerst genoemd in 1665), daarmee opnieuw de grens van Dussen met Capelle en Waspik aangevend.

Op 'n kaart van landmeter Daniel Schellinx, getekend midden 17de eeuw, waarop de landaanwas en De Scheijsloot staan ingetekend, worden de percelen tussen de dijk en de grenssloot met naam aangeduid. Vanaf De Diebracht tot halverwege de Rommegatsedijk vinden we de Meijerswerf en aansluitend, onder meer achterlangs het latere Klooster St. Petrus Stoel en de R.K. Kerk, tot aan De Sluis, ligt de Juffrouw Weijde. Vanaf De Sluis tot ongeveer de Krekeldraai ligt, geheel omzoomd door de westelijke tak van De Scheijsloot, het Groot Eiland met daarnaast het Klein Eiland. De oorsprong van de perceelsnaam Meijerswerf is niet bekend maar deze zal waarschijnlijk terug te voeren zijn op de oorspronkelijke eigenaren. Jufvrouwweide is vernoemd naar de eigenaresse (in 1523) Juffrouw Katherijne van der Dussen een zuster van kasteelheer Jan VII van der Dussen. Groot en Klein Eiland, groot ruim 18 bunders, zullen hun naam te danken hebben aan het feit dat het geheel omsloten werd door water.

De Sluis staat in die tijd in verbinding met de "Oude" Maas door middel van de Dussensche Gantel, een naam die duidt op een afwateringsfunctie. De Scheijsloot was zowel aan de oost- als westzijde verbonden met de Gantel. Van de Dusschense Gantel resteert thans niet veel meer dan een kleine sloot langs de Loswal. De Scheijsloot verloor met graven van de Bergsche Maas zijn functie als grensbepalende - en waterbeheersingsvliet. Voor een groot deel werd het stroomgebied ervan benut voor de aanleg van het Noordelijk Afwateringskanaal (Kanaaltje). Een bewijs hiervan is nog terug te vinden aan de Loswal, tegenover Schellevis Betonfabriek, waar een gedenksteen herinnert aan de voormalige gemeentegrens van Dussen en Waspik.
Het westelijk deel van de De Scheijsloot dat ter hoogte van thans de Dorpsstraat, dichter tegen de Kornsedijk aan lag, de Vloeisloot genoemd, bleef wel in tact om dienst te doen als drinkwaterleverancier, totdat eind 1934 de waterleiding in gebruik genomen werd.

Zuidelijk van de Sluis en ten westen van de Gantel lag dus het perceel Groot Eiland. Het was vanaf de Gantel tot aan de Krekeldraai ongeveer 135 roeden (500 m) lang en 125 roeden (450 m) diep en geheel omzoomd door de westelijke tak van de Scheijsloot. Wanneer men de kaart van Schellinx op de huidige kaart van Dussen projecteert, wordt duidelijk dat het industrieterrein De Sluis volledig gesitueerd is op het voormalige perceel Groot Eiland.
De naam De Sluis voor het industrieterrein mag dan begrijpelijk heten, gelezen het voorgaande zou historisch - geografisch gezien de naam Groot Eiland beter verantwoord zijn geweest.

Bronnen:

Waalwijk, 700 jaar kloppend hart van de Langstraat, 2002
De bodemkartering van Nederland, Deel XVIII, Land van Heusden en Altena, Dr. F.Sonneveld l.i. 1958
De scheiding van Maas en Waal, M.C.E. Bongaerts, 1909
De geschiedenis van Waspik, G.J. Rehm
1000 Oude Aardrijkskundige namen in Land van Heusden en Altena, Ir. B.W. Braams, 1989
Fotoboekje Dussen, Jan van Dortmont, 1997
Kaart van de aanwassen bij Dussen van Pieter en Jacob Sluyter, getekend 1562
Kaart van Land van Heusden en Altena van Daniel Schellinx, getekend medio 17de eeuw

Terug naar Streekhistorie


© Ton Lensvelt, e-mail adres: tonlensvelt@ziggo.nl