Oorspronkelijke situatie omstreeks 1820
De bouw- en bewoningsgeschiedenis van panden in het dorp Dussen begint doorgaans met de eerste kadastrale opmeting van de gemeente Dussen die omstreeks 1820 plaats vond. Er zijn namelijk geen oudere bronnen bekend die een dergelijke mate van detail weergeven. Alleen van de Zuidhollandsche Polder is een digitale kopie van een kaart van Ketelaar uit 1749 beschikbaar (BHIC sBosch) waarop ook de in 1749 aanwezige bebouwing aan de Buitendijk, Buitenkade, Hooge Dijk (thans Oude Zeedijk in Dussen) en langs de toegangswegen (stegen) is ingetekend, alsmede de boerderijen in de polder. Helaas ontbreekt echter de bebouwing langs de Kornsedijk. Maar deze kaart is niet van belang voor dit onderzoek.
Villa Casa Cara staat namelijk in de Hoek, in de volksmond Voorste Hoek genoemd, ten zuiden en ten oosten van het riviertje De Dusse en daardoor behorend tot het grondgebied van Dussen Munsterkerk; De Dusse vormde namelijk de grens tussen Munsterkerk en Muilkerk.
Kadasterkaart van de Voorste Hoek te Dussen uit circa 1820, meer in het bijzonder het deel dat aansluit op de Kornsedijk. Het betreft een detail van de kadasterkaart van de Gemeente Dussen, Sectie H, genaamd Zuideveld, Eerste Blad, opgemeten door landmeter eerste klasse Van Driel. Casa Cara werd gebouwd op het perceel 145 en de appelschuur op nummer 146. Aan de overkant van de straat werd ook nog een tweede appelschuur gerealiseerd. De drie percelen tegenover 145-147 waren genummerd 135 tot en met 133 en waren eigendom van: de Diaconie der Armen, de weduwe Peter Pellekaan en de kinderen Antoni J. van der Pluijm. Het grote pand op perceel 148 is de boerderij van Otto van Dalen, die later werd afgebroken. Ook het weiland hier tegeover was van Otto van Dalen.
Onderstaande tabel geeft de kadastrale informatie omstreeks 1820 weer:
Perc.nr | Eigenaar | Beschrijving | Grootte (b.r.e.) |
142 | Jan Govert van Dijk, landbouwer | Weiland | 0.53.90 |
143-146 | Erven Dirk van Dijk, arbeider | Tuin - Huis&Erf - Tuin - Boomgaard | 0.04.32 - 0.02.94 - 0.04.50 - 0.05.20 |
147-152 | Otto van Dalen, landbouwer | Boomg - Huis, Schuur&Erf - Tuin - 3perc Weiland | 0.21.30 - 0.36.30 - 0.06.50 - 3.82.90 |
183-185 | Weduwe Peter Pellikaan, Waspik | 3 perc Weiland | 3.66.50 |
Oorsprong:
In den Hoek, langs de zuidoever van de Dusse, vinden we villa Casa Cara (vrij vertaald: Bekoorlijk Huis) met Appelschuur. Oorspronkelijk heette het hier Schalkenwerf en de boomgaard Welgelegen.
In 1865 liet een van de erfgenamen van Dirk van Dijk, Leonardus Bouman, in de boomgaard naast zijn huis op perceel nr. 145 een nieuwe woning bouwen (bron: Bevolkingsregister 1890-1910 huisnr. A104). Dit was een woning met alleen een zolder dus nog zonder verdieping en ook nog zonder aanbouw. Op oude foto's is deze variant van het pand nog afgebeeld. Ook werden er enkele eenvoudige arbeiderswoningen in de direkte omgeving gerealiseerd. Mogelijk waren dit behuizingen bestemd voor medewerkers van het fruitbedrijf van Bouman.
Vruchtenteelt en Boomkwekerij Het Oude Maasje
Particulier J.E. de Koning Kooij uit Arnhem en infanterieluitenant Cornelis Johannes Tijken uit Ginneken zochten eind 19de eeuw een profijtelijke geldbelegging en meenden die te vinden in het opzetten van een fruitteeltbedrijf annex boomkwekerij in Dussen. Hun keus viel daarbij op het reeds bestaande fruitbedrijf van Leonardus Bouman. Bouman was inmiddels op leeftijd - in 1899 zou hij komen te overlijden - en was wel genegen zijn bedrijf van de hand te doen. Wel bleef hij aktief als bedrijfsleider. Wanneer de verkooptransactie exact heeft plaatsgevonden is niet bekend, maar in 1895 lieten de kopers voor bedrijfsdoeleinden de Appelschuur bouwen, samen met een identiek magazijn aan de overzijde van de weg (thans woonhuis bij hondenkennel De Morgenstond), welke als opslag en kantoor fungeerden voor hun fruit- en stroopbedrijf met een destijds veel groter gebied aan boomgaarden van 'Vruchtenteelt en Boomkwekerij Het Oude Maasje’. Bij een excursie van het bestuur van de Nederlandsche Pom.vereniging uit Heusden aan fruitkwekerij Oude Maasje te Dussen, werd door de eigenaar C.J. Tijken (uit Teteringen) verteld dat een deel van zijn bedrijf uit 1899 en een ander deel uit 1905 stamt, aldus het krantenbericht in het Nieuwsblad van 6 septenber 1919.
In april 1906 berichtte de krant dat 'in de voor enkele jaren aangelegde Vruchtentuin Het Oude Maasje voor het eerst een middel was toegepast om schadelijke nachtvorst te bestrijden. Hiertoe waren op diverse plaatsten in de tuin vuren aangelegd, waarbij zooveel als doenlijk de bomen en struiken in rook gehuld werden'.
Een jaar later, in 1896, werd de woning eveneens verkocht aan de compagnons De Koning Kooij en Tijken. Omdat De Koning Kooij trouwplannen koesterde, werd de oorspronkelijke woning in 1900 verbouwd in de typische koloniale chaletstijl, waarbij ook een verdieping op het huis werd gezet. In de gemeentelijke monumentenbeschrijving wordt gesuggereerd dat voor deze bouwstijl gekozen was omdat de eigenaar zijn fortuin in Nederlands-Indië vergaard had. Of dit inderdaad get geval is, is niet nader onderzocht. Daarmee werd het oorspronkelijk pand wel uitgebouwd tot een riante eigenaarswoning en zo verbonden met de fruitteelt in de streek. De omringende kleinere huisjes (huisnrs. A103 tot en met A106), die omstreeks 1900 bewoond werden door de gezinnen van: Dirk Koekkoek, Jan van der Stelt en Adriaan Bouman, werden een voor een gesloopt.
Hetzelfde lot was ook de naastgelegen boerderij (huisnr. A102) van Antonie van Dalen, de zoon van Otto van Dalen, beschoren. De aaneengesloten percelen 147-151 met de boerderij werden ten behoeve van bedrijfsuitbreiding door Het Oude Maasje aangekocht en op de plek van de boerderij werd de Appelschuur gebouwd. Ook het grote langgerekte perceel 152 van bijna twee bunder, tegenover de Appelschuur aan de overkant van de weg, maakte onderdeel uit van deze aankooptransactie. Hierop werd een identiek fruitmagazijn gerealiseerd.
Bedrijfsleiders:
Na het overlijden (in 1899) van Leonard Bouman werd Arend van den Berge, gehuwd met Elisabeth Meerburg uit Tholen (Zl) in september 1899 aangetrokken als nieuwe bedrijfsleider. Hij betrok in eerste instantie de woning (huisnummer A107) op de noordoever van De Dusse tegenover de Appelschuur maar na de verhuizing van eigenaar-bewoner De Koning-Kooij naar Goes zal hij in de villa zijn gaan wonen. In november 1909 emigreerde Van den Berge echter naar Kaapstad Zuid Afrika. Hij werd als bedrijfsleider en bewoner van Casa Cara opgevolgd door Gerrit Jan Witteveen uit Twello en dienst zuster Aartje (1909-1911) en daarna door Kornelis van Sinttruijen en zijn zus Johanna uit Heusden (1911-1913). Vervolgens werd Jacob Verduijn uit Oudelande aangetrokken die maar liefst 20 jaar in dienst bleef (1913-1933, vertrokken naar Sleeuwijk). Als bedrijfsleider van een gerenommeerd regionaal fruitteeltbedrijf, gaf hij ook les in tuinbouwkunde en verzorgde cursussen over zijn vakgebied. Daarnaast viel hij met zijn tuinbouwproducten regelmatig in de prijzen tijdens land- en tuinbouwtentoonstellingen e.d. Na Verduin (vanaf 1933) kwam Gerrit Vos uit Veen die een tijdje in de Haarlemmermeerpolder gewerkt had. Later zijn ook Cees van Vark - oorspronkelijk vlashandelaar die met zijn gezin eveneens in de villa woonde - en Teuling nog als zodanig aangesteld geweest.
Naamgeving:
De herkomst van de naam Casa Cara is mogelijk afgeleid van de Zuidafrikaanse president Paul Kruger. Deze bezocht Nederland twee keer en woonde toen in Hilversum. De eerste keer arriveerde hij op 6-4-1901 en verbleef tot 11 december 1901 in pension Casa Cara aan de Jacobus Pennweg 14 in Hilversum. Kruger was lidmaat van de Nederduitsch Gereformeerde Kerk van Zuid-Afrika die intensief contact onderhield met de Afgescheidenen in Nederland. Dat was ook de reden dat hij in Hilversum verbleef.
We weten dat bedrijfsleider Adriaan van den Berge een voorliefde kende voor Zuid-Afrika in het algemeen en voor president Paul Kruger in het bijzonder, temeer omdat hij in 1909 daarheen is geëmigreerd. Omdat hij ten tijde van het eerste bezoek van Kruger aan Nedeland bedrijfsleider was en omstreeks die tijd ook de villa is gaan bewonen, is het alleszins aannemelijk dat hij de bedenker en inspirator of wellicht zelfs de naamgever van het pand is geweest.
Eigenaren:
Mede-eigenaar, particulier Jan Eimert de Koning Kooij uit Arnhem heeft - zij het slechts kortstondig, een paar maanden na zijn trouwen - in Dussen gewoond. Uit het bevolkingsregister blijkt niet dat dit in de villa was, maar voor de hand ligt dat wel. Volgens een bericht in de krant Echo van het Zuiden van 12 oktober 1902 werd hij dat jaar benoemd tot burgemeester van Goes. Navraag bij het archief in Zeeland leverde echter een ontkenning op: Er is geen burgemeester van Goes bekend met deze naam. Wel werd Jan Eimert de Koning-Kooij in 1903 tot plaatsvervangend-kantonrechter te Goes benoemd. Niettemin een leuke job. Hij was een jaar eerder (1902) getrouwd met Anna Catharina Elisa Charles en had in 1901 zijn belang in het bedrijf overgedaan aan zijn medecompagnon Cornelis Johannes Tijken, luitenant der infanterie uit Ginneken. Diens zoon en erfgenaam Robert Tijken verkocht de villa in 1967 aan Maria Adriana Janetta Timmermans te Wassenaar en drie jaar later, in 1970, ook de naastgelegen Appelschuur aan haar. Zij liet ook de patio aanbouwen aan de villa. In 1975 betrok de nieuwe eigenaresse het door haar aangekochte en uitgebreide pand in Dussen. In 2003 kwam het onroerend goed in bezit van mevrouw E.M.K. van Toorenburg, inwoonster van Amsterdam, die op zoek was naar een gerieflijke woning met royale tuin op het platteland.
Verkoop:
De villa met naastgelegen Schalkenwerf met Appelschuur, tegenoverliggende boomkwekerij met magazijn, drie percelen boomgaard genaamd Welgelegen in het Noordeveld met molen en een landbouwperceel genaamd de Steenbakker aan de Baan dat aangekocht was van de familie Stael, vormden tezamen het bedrijf Vruchtenteelt en Boomkwekerij Het Oude Maasje, ter grootte van ruim 10 hectare. Het kwam in 1920 bij notaris Rietra onder de hamer, waarbij het destijds werd ingezet voor in totaal 55.000 gulden.
De verkoop van Casa Cara met Appelschuur en boomgaard werd waarschijnlijk aangehouden want volgens het kadaster bleef de familie Tijken eigenaar.
Magazijn a/d overkant:
Het magazijn aan de overkant van de weg was eveneens onderdeel van de verkoop in oktober 1920. De boomkwekerij met magazijn en stalling tegenover Casa Cara in het Klein Zuideveld (Koop 9) werd in 1920 voor ƒ 12.000,- ingezet. Latere eigenaar Tonny van Honsewijk Tzn was toen uiteraard nog niet in beeld als koper - hij was amper geboren – maar het vorstvrij stenen magazijn met stalling en (water)molen in Klein Zuideveld werd door hem omstreeks 1954 gedeeltelijk tot woonhuis verbouwd en hij ging er als fruitkweker aan de slag. Behalve de vruchten van de fruitbomen legde hij zich ook toe op het telen van druiven. Daarnaast startte hij een loonbedrijf. Tot 1965 bleef hij hier wonen. Toen verkocht hij het onroerend goed en ging aan de Dussendijk wonen.
MIP informatie:
Casa Cara woonhuis, 1905-1910 1970
Chaletstijl. Gepleisterd geblokt. Betimmering topgevel en kroonlijst. Diamantkoppen.
Bovenlichten glas-in-lood. Samengesteld zadel- en schilddak.
Nokvorsten met crete. Windveer en makelaar. IJzerwerk tuille du Nord pannen. Vernieuwde Hollandse pannen. Smeedijzeren pirons, windveer. Smeedijzeren tuinhek.
Architectuurhistorisch belang. Spuiter in vorm van vissenkop op hoek.
Gemeentelijk Monumentbeschrijving
Kadastrale beschrijving Villa Casa Cara
Filiatie:
1865 - 1896 H 844 erfgen. Dirk van Dijk (121)
1896 - 1901 H 844 Jan Eimert de Koning - Kooij, particulier te Arnhem (2184)
1896 - 1967 H 844 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2184)
1901 - H 1339 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2418)
1967 - 1967 H 1339 Robert Tijken te Baarn (4896)
1967 - H 1339 Maria Adriana Janetta Timmermans te Wassenaar (5062)
23 okt 2003 - S 522 E.M.K. van Toorenburg
Kadastrale nummering
1865 H 844 erfgen. Dirk van Dijk (121)
1896 H 844 Jan Eimert de Koning - Kooij, particulier te Arnhem (2184)
1896 H 844 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2184)
1900 H 1339 Jan Eimert de Koning - Kooij, particulier te Dussen (2352)
1900 H 1339 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2352)
1901 H 1339 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2418)
1953 H 1339 erfgen. Cornelis Johannes Tijken (4120)
1967 H 1339 Robert Tijken te Baarn (4896)
1967 H 1339 Maria Adriana Janetta Timmermans te Wassenaar (5062)
1975 S 250 Maria Adriana Janetta Timmermans te Dussen (6727)
23 okt 2003 S 522 E.M.K. van Toorenburg
Historische beschrijving
Bouwjaar 1865/1900, bestemming: huis met boomgaard.
In 1865 laat Leonardus Bouman in de boomgaard naast zijn huis een nieuw huis bouwen. In 1896 werd dit huis met boomgaard verkocht. De nieuwe eigenaren laten, volgens het kadaster, herbouw plegen in 1900. Door het samenvoegen van de percelen H 844, H1294, H 1295, en H 1298 (zijnde de overige landerijen met huis en erf van Leonardus Bouman, waarop inmiddels een aantal kleinere woningen gebouwd waren) ontstond een perceelsgrootte van 1696 ca. De kleine huisjes werden na 1900 stuk voor stuk gesloopt waardoor het huis weer op een ruim perceel stond.
Hierin is tot op heden geen verandering gekomen. Het perceel bleef onveranderd tot de ruilverkaveling in 1975 en werd toen samen met de percelen H 1275 (de appelschuur), H 150 en H 151 samengevoegd tot S 250. In 1983 werd een deel van de boomgaard afgestoten (1008 ca). Het huis en de naast gelegen appelschuur vormen al 100 jaar een onlosmakelijk geheel doordat zij altijd van de zelfde eigenaar zijn geweest. In augustus 1905 werd Vruchten- en Boomkweekerij ‘Het Oude Maasje’ geleidt door A. van den Berge.
J. Verduin en Teuling waren andere namen genoemd in relatie tot dit bedrijf. Vermoedelijk waren zij bedrijfsleiders voor eigenaar C.J. Tijken en waren zij woonachtig in het pand Casa Cara.
Bouwkundige beschrijving
MIP: Casa Cara woonhuis, 1905-1910 1970, Chaletstijl. Gepleisterd geblokt. Betimmering topgevel en kroonlijst. Diamantkoppen.
Bovenlichten glas-in-lood. Samengesteld zadel- en schilddak. Nokvorsten met crete. Windveer en makelaar. IJzerwerk tuille du Nord pannen. Vernieuwde Hollandse pannen. Smeedijzeren pirons, windveer. Smeedijzeren tuinhek.
Architectuurhistorisch belang. Spuiter in vorm van vissenkop op hoek.(foto 74 en 75 in MIP-boek).
Bouwkundige beschrijving Gemeentelijk Monument.
LIGGING.
Gelegen tussen het riviertje de Dusse en het grindpad de Hoek op een langwerpig perceel met fruitbomen. Hiertoe behoort ook het fruitmagazijn (appelschuur) Hoek 10.
PLATTEGROND en OPBOUW.
De hoofdbouw dateert uit 1900 en is in twee bouwfasen gerealiseerd. Het lagere bouwblok aan de Hoek het eerst als opzichterswoning bij de boomgaard en twee á drie jaar later het hogere deel aan de Dusse. In 1971 is een platte aanbouw met een patio gebouwd in betonsteen aan de Oostzijde, verbonden met het oorspronkelijke huis d.m.v. onder andere een glazen gang met nieuwe ingang. In 1996 werd een gedeelte van deze platte aanbouw verbouwd en gedeeltelijk voorzien van een zadeldak in de stijl van het oorspronkelijke huis.
Het oorspronkelijke huis is gebouwd in koloniale stijl, wellicht omdat de bouwheer vermogend was geworden in Indië. De twee bouwblokken zijn gescheiden door een langsgang, evenwijdig aan de Hoek en de Dusse, met de hoofdtoegang aan de Westzijde en de trap aan de Oostzijde. Toen in 1971 de platte aanbouw aan de oostzijde werd gebouwd, werd de hoofdingang naar hier verplaatst, de trap werd gesloopt en een nieuwe (wentel) trap gebouwd t.p.v. de oorspronkelijke voordeur. Inmiddels (1996) is ook deze trap weer gesloopt en geplaatst bij de trap naar de kelder. Het oorspronkelijke huis is in twee lagen gebouwd met per bouwdeel een eigen samengesteld zadel- en schilddak, met de nok evenwijdig aan de Hoek. Het lage bouwblok en vroeger ook het hoge bouwblok heeft een nokvorst met crete, windveer, makelaar.
VOORGEVEL (straatgevel en zuidgevel)
Gepleisterd in blokmotief (diepe groeven) met plint en doorlopende raamdorpel band. De gevel is voorzien van meerdere doorlopende banden en getoogde raamlateien met diamantkoppen. De begane grond heeft twee ramen met elk een middenstijl, twee enkelruits schuiframen (vast) en een glas in lood, twee-ruits, bovenraam. Op de foto van 1920 zijn de schuiframen nog vier-ruits.
De bovendorpel is recht met een gestuukte toog erboven. Het raam in de dakkapel heeft twee enkelruits draairamen en een vast, drie-ruits bovenlicht. Het dak steekt over met rijk betimmerde kroonlijst en dakkapel, op de hoek voorzien van een spuiter in de vorm van een vissenkop. Versieringen in ijzerwerk. Dakpan tuile de Nord. Onder de gootlijst is de naam Casa Cara aangebracht.
WESTGEVEL.
Opbouw van de verspringende gevels en dak gelijk aan voorgevel. Het hogere bouwblok met topgevel, het lagere met zadeldak. De topgevel is sober en niet zo rijk versierd als de topgevel van het lage bouwblok. Op de plaats van de oorspronkelijke voordeur met bovenlicht is een nieuwe, enkelruits deur met paneel aangebracht. De hoge topgevel links heeft op de begane grond en op de eerste verdieping identieke ramen, met een horizontaal kalf, waaronder twee kleine draairaampjes en een grote vaste ruit erboven.
In de top is een blind rond raam aangebracht. Twee koekoeken geven aan dat dit hoge bouwblok is voorzien van een kelder. De vooruit springende topgevel heeft opzij op de begane grond en 1e verdieping een zelfde soort raam van oorsprong half zo breed en met één vaste glasruit. De raamdorpels in deze gevel zijn van grès en later aangebracht.
NOORDGEVEL.
Wel gepleisterd maar niet voorzien van blok motief. Opbouw gelijk aan westgevel met twee identieke ramen op de begane grond.
OOSTGEVEL.
Het lage bouwblok heeft hier een topgevel met groot overstek, rijk versierd en betimmerde topgevel. Ornamenten van ijzerwerk.
Gevelopbouw en dak gelijk aan zuidgevel. Het enige raam op de begane grond is smaller en gelijkend op de ramen in zuidgevel:
Geen vaste tussenstijl maar twee enkelruits draairamen en twee-ruits glas-in-lood bovenlicht. Het hoge bouwblok heeft hier een zadeldak. Opbouw gevel met rondgaande overstekende goot en gootklossen is gelijk aan westgevel. Op de begane grond is hier de aanbouw tegenaan geplaatst. Op de eerste verdieping is een uitgebouwd balkon met openslaande balkondeuren. Deuren met dicht onder paneel en 2 horizontale roeden, drie-ruits per deur. Een twee-ruits bovenlicht. Het balkonhek lijkt van hout maar is (nu) van vierkante stalen buis. De middengang is op de eerste verdieping plat afgedekt.
INTERIEUR.
De trap naar de 1e verdieping is verplaatst. De trap naar de kelder is omgedraaid. De tussenmuur in het lage bouwblok met schoorstenen, is gesloopt.
BOUWTECHNISCHE BEOORDELING.
De degelijke bouw vertoont geen grote gebreken en verkeert in goede staat, incl. het onderhoud.
Samenvatting.
WAARDESTELLING.
Architectonische waarde:
1. Door zijn typische koloniale stijl bijzonder en behoudenswaardig.
Stedebouwkundige waarde:
1. de van oorsprong in uitgestrekte boomgaarden gelegen opzichterswoning, ligt nog steeds in een boomgaard met op het erf het fruitmagazijn (appelschuur), ingeklemd tussen 't riviertje de Dusse en 't grindpad Hoek.
2. De landelijke uitstraling is nog steeds aanwezig.
Cultuur Historische waarde:
1. waarschijnlijk is in eerste aanleg het lage bouwblok als opzichters"hut" gebouwd en al snel uitgebouwd tot opzichterswoning en zó verbonden met de fruitteelt in deze streek.
2. Soortgelijke bouw in koloniale stijl komt hier niet (veel) voor en als zodanig behoudenswaardig.
Kadastrale beschrijving Appelschuur.
Filiatie:
1895 - 1901 H 1275 Jan Eimert de Koning - Kooij, particulier te Arnhem (2184)
1895 - 1967 H 1275 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2184)
1901 - H 1275 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2418)
1967 - 1970 H 1275 Robert Tijken te Baarn (4896)
1970 - H 1275 Maria Adriana Janetta Timmermans (5062)
Kadastrale nummering:
1895 H 1275 Jan Eimert de Koning - Kooij, particulier te Arnhem (2184)
1895 H 1275 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2184)
1901 H 1275 Cornelis Johannes Tijken, 1e luitenant der infanterie te Ginneken (2418)
1967 H 1275 Robert Tijken te Baarn (4896)
1970 H 1275 Maria Adriana Janetta Timmermans (5062)
1975 S 250 Maria Adriana Janetta Timmermans (6727) Historische beschrijving.
Bouwjaar: 1895 Bestemming: appelschuur. Ligging: aan de noordzijde van de Hoek grenzend aan de noordzijde aan de Dusse in combinatie met Hoek 12 1 kadastraal perceel.
In 1894 werden de percelen H 147, H 149 en H 1034 door de compagnons Tijken en De Koning-Kooij samengevoegd tot één perceel H 1275 met een oppervlakte van 6410 ca. Op het perceel werd een pakhuis gebouwd met een los staand secreet omgeven door een boomgaard. De Koning-Kooij verkocht zijn deel in 1901 aan Tijken. Het perceel bleef onveranderd tot de ruilverkaveling in 1975 en werd toen samen met de percelen H 1339 ( Casa Cara), H 150 en H 151 samengevoegd tot S 250. In 1983 werd een deel van de boomgaard afgestoten (1008 ca).
Bouwkundige beschrijving.
DUSSEN HOEK 10 (Fruitmagazijn - Appelschuur) Bouwkundige beschrijving.
LIGGING;
Op het erf van HOEk 12 te midden van boomgaarden in een van oorsprong veel groter gebied van boomgaarden. Aan de andere kant van de weg lag vroeger eenzelfde fruitmagazijn, waar nu een hondenkennel is gevestigd.
PLATTEGROND EN OPBOUW:
Dateert uit 1915 en gebouwd als opslag van fruit en als kantoor van fruit en stroopbedrijf.
Het gebouw is opgetrokken op een rechthoekige grondslag met een zolder onder een Mansardedak, nagenoeg symmetrisch. Dakpan Tuile du Nord. De begane grond is één open ruimte met in de langsrichting een stalen ondersteuningsbalk op 2 samengestelde (giet)ijzeren kolommen, en in de beide kopgevels op stalen lateien boven de deuren. De verdiepingsvloer is van (hergebruikte) houten balken en vloerdelen. De open kapzolder telt 6 houten spanten. Het dakbeschot is onlangs voorzien van nieuwe kraaldelen.
VOORGEVEL (Zuidgevel):
In de steensmetselwerkgevel zijn blindnissen aangebracht. De opgeklampte schuurdeuren zijn vervangen door glasdeuren. De twee gietijzeren ramen zijn van hetzelfde type als de ramen in de overige gevels. Rollagen, sluitstenen en raamdorpel. Op de eerste verdieping is nu een twee-ruits raam. Vroeger was hier een groter deurluik t.b.v.transport.
WESTGEVEL:
Langsgevel van metselwerk met daarop een houten dakgoot. In het midden bevindt zich een loopdeur in blindnis en ter weerszijden elk drie blindnissen met twee gietijzeren ramen als in voorgevel. Dakramen nieuw.
NOORDGEVEL:
Vertoont overeenkomst met voorgevel maar een smalle toegangsdeur. De blindnissen op de 1e verdieping zijn gebogen. Eén raam van de twee is nog origineel.
OOSTGEVEL:
Gelijk aan Westgevel.
INTERIEUR:
Een kantoortje van glas en hout is nog origineel aanwezig. De bestrating in visgraat motief is enkele jaren geleden, gedeeltelijk herlegd. De trap is nieuw. De plaats van het oorspronkelijke trapluik is herkenbaar aanwezig.
BOUWTECHNISCHE BEOORDELING: Op enkele plaatsen doorslag van de gevels. Geen scheuren of ernstige gebreken. Boeiboorden slecht.
Samenvatting
WAARDESTELLING:
Architectonische waarde:
1. Markant gebouw, met een functionele bedrijfsachtige uitstraling.
2. Industriële bouwstijl, bijzonder.
Stedenbouwkundige waarde:
1. Staat volledig op z'n plek, op een verhoging in het terrein met een toegangspad vanaf het grindpad.
Cultuur historische waarde:
1. Een van de weinige overgebleven fruitmagazijnen in de streek, te midden van oude en nieuwe boomgaarden.
2. Zeer herkenbaar als "appelschuur".
Bronnen