Hoewel we een prachtige sportzomer genoten, kenmerkt zo'n voetballoze periode zich toch - althans voor sommigen - door een zekere overdaad aan ledigheid, welke zoals u ongetwijfeld weet "des duivels oorkussen is". Tussen de bedrijven door van de halve finale van Oranje op het E.K. in Portugal en de schitterende zilveren Olympische medaille van onze plaatsgenoot Daniël Mensch uit de Dorpsstraat met de roeiers van de Holland Acht in Athene, mocht een delegatie van het bestuur van Dussense Boys het onverdeeld genoegen smaken van een invitatie van voorzitter Kees Bouman's grootste sponsor, De Gouden Gids, voor de KNVB- activiteiten in het kader van 50 Jaar Betaald Voetbal in Nederland in het Olympisch Stadion te Amsterdam.
Op een zonnige zaterdag zoefden ze derhalve in Kees' snelle bolide, alsof er geen fileleed bestond, richting Amsterdamse dreven. Twee snelheidsbekeuringen later, parkeerde Kees zijn "voiture" behendig in de garage onder het Olympisch stadion, waarna de tribuneplaatsen opgezocht werden. Temidden van de nodige bobo's en bekende voetbal-Nederlanders zagen ze, in het met veel gevoel voor historie gerestaureerde Olympisch Stadion uit 1928 - zelfs de stoeltjes hadden het zitconform uit die lang vervlogen tijden behouden - de oude garde van het Nederlandse profvoetbal aan zich voorbij trekken.
Keesje Rijvers, diep in de zeventig inmiddels, maar nog immer, als in zijn beste dagen, hevig kankerend op z'n medespelers als die hem over het hoofd zagen in de combinatie. Fons van Wissen, ook al zo'n kleine zuiderling, die er nog een onvervalste schaar tegenaan gooide. Alles in goede banen geleid door good-old Lau van Ravens. Bij de volgende voetbalgeneratie mocht men zich vergapen aan Addy Brouwers (Baronie) en kopspecialist Lambert Kreekels (Helmondia, Den Bosch), maar ook aan Pummy Bergholtz die nog net zo kaal bleek als vroeger. In het derde wedstrijdje was het de beurt aan de meester zelf: Johan Cruijff Hij was het nog geenszins verleerd want met een tweetal splijtende passes zette hij René van de Kerkhof tot tweemaal toe "vogeltjevrij" voor de doelman. Rappe René faalde echter evenzoveel keren hopeloos.
Zelfs San Marco (van Basten) had er z'n golfpartijtje voor afgezegd en gaf acte de présence, natuurlijk in gezelschap van z'n maatje Van 't Schip. Ronald Koeman, wiens vetpercentage niet alleen door ex-bondscoach Dick Advocaat bekritiseerd werd, liet zien dat wendbaarheid en beweeglijkheid nog steeds niet z'n sterkste punten zijn. En zowel Hans Kraay Jr. als Johan Derksen toonden eens te meer aan dat ook bij voetbal de beste stuurlui aan wal staan, met andere woorden "ze bakten er beiden helemaal niets van". Desondanks was het jubileumfestijn een leuke happening met veel nostalgie omgeven en een weerzien van oude bekenden en voetbalhelden uit het verleden. Jammer dat het zelfs zo'n instituut als de KNVB niet lukte om de tribunes voor het gebeuren redelijk gevuld te krijgen. De thuisbljvers hadden echter ongelijk.
Of het bij VIP-behandeling van de Dussense Boys bestuursleden was inbegrepen, was niet duidelijk, maar na afloop van de wedstrijden werden ze onder de bekwame leiding van gids Kees nog vergast op een trip door hartje Amsterdam waar juist dat weekeinde, toeval of niet, de homoparade werd gehouden. Temidden van veel niet-hetero's voerde de trip hen over de kermis op de Dam, langs de winkels van de Kalverstraat en genoten ze een kopje koffie met "spacecake" op het Leidse Plein. Ze proefden de culinaire geneugdes van een Argentijnse T-bone steak van zo'n driekwart kilo, royaal op het bord gedrapeerd en vergezeld van een flinke pan "gebakken erpels". Ondertussen sjanste de voorzitter met het gewillige dienstertje dat niet louter qua nationaliteit gelijkenis vertoonde met onze kroonprinses Maxima en deed Izak - geheel volgens Amsterdams traditie - de stille omgang op het terras.
Echter na al deze toch tamelijk onschuldige genoegens werd het de hoogste tijd voor wat heftiger werk. Via de Nieuwezijds-Voor belanden ze op de Nieuwezijds-Achter waar ze hun kennersblikken konden laven aan de rijkelijk aanwezige "raamverhuur", als ze tenminste niet omver werden gelopen door opgewonden en druk fotograverende busladingen Japanners. Het gezelschap kon zich daarbij niet aan de indruk onttrekken dat de ten toon gestelde waar toch blijk gaf van tekenen van herkenning op het moment dat gids en voorzitter Kees himself de etalage uitgebreid inspecteerde. Zo'n sight-seeing-tour gaat natuurlijk niet in de koude kleren zitten en enigszins verstijfd vonden ze uiteindelijk een “staanplaatsje” naast de Bananenbar in het etablissement The Old Sailor waar Kees als ervaren zeebonk tot groot genoegen van de talrijke stamgasten z'n meest schunnige zeemansliederen ten gehore bracht.
Moe van alle opwinding en de liters bitter-lemon, hingen ze nog wat uit te hijgen op de leuning van een brug over de gracht, de laatste bootjes flikkers en potten onder zich voorbij zien trekkend. Op zo'n inspiratievolle plek van Hollands wereldstad is een goed gesprek nooit weg en dat diende zich aan toen een verdwaalde knalrode Fries, trouwe klant van het Riagg en ongetwijfeld een goede bekende van Majoor Boszhardt, met Kees in conclaaf ging. Zodoende hadden ze er nog een hele kluif aan om op tijd huiswaarts te keren. Die rit terug naar het Brabantse voerde echter nog wel langs het marine-opleidingscentrum, een statig bastion aan het IJ, waar Kees veertig jaar geleden zijn opleiding genoot. Naar eigen zeggen: "veur niks?", waarbij hij ten overvloede nog maar eens het verschil uitlegde tussen "gratis" en "veur niks". Want volgens de preses van Dussense Boys, vanaf nu ook gespecialiseerd reisgids voor Amsterdam by Night, hebben sommige mensen hun schoolopleiding "gratis" genoten, maar hele volksstammen "veur niks". De geponeerde stelling werd door zijn medebestuursleden niet bestreden.
Ton Lensvelt
Bronnen
Clubblad De Voorzet van s.v. Dussense Boys, Jaargang 6, nummer 5, 2004