In het archief van de Abdij van Berne is een stuk aanwezig uit 1643 omtrent Dussen. Een digitale versie van het stuk is te bekijken via deze link: Abdij van Berne
Het originele stuk omvat in totaal 21 folio's.
Onderstaand de transcriptie van de zeventiende eeuwse teksten van de hand van Henk Beijers uit Schijndel.
Het is breedvoerige, rechterlijke taal die zich zelfs in getranscribeerde vorm niet eenvoudig laat duiden. Mogelijk zijn er in schepenprotocollen in oud-rechterlijk archieven of in notariële stukken van rond 1643 nog andere aanknopingspunten over deze gebeurtenis te vinden.
Dankzij Valentine Wikaart uit Werkendam kon onderstaande voorlopige samenvatting van het document worden opgesteld.
Voorlopige samenvatting
Reijnier Vervoorn, Jan Stael, Jan de Groot en Peter van Caedijck zijn invloedrijk en gezaghebbend binnen Holland (officieren) en hebben daarnaast nog functies als schout of rentmeester (officier particulier). Dus mannen met een status. Zij hebben het recht om in de Grafelijkheidsdomeinen een jaarlijkse schouw van de sloten etc. uit te laten voeren. Daarmee zullen zij Jacob Adriaenssen van den Heuvel uit Werkendam in 1643 belast hebben. Maar deze vertegenwoordiger van de bovengenoemde hoge heren is buiten zijn boekje gegaan want hij is op de 6de oktober van dat jaar op heterdaad betrapt toen hij zich op de grond van de Abdij van Berne bevond en daar de gebruikers aansprak op het onderhoud van hun waterwegen (de abdij had in dit grensgebied van Holland en Brabant een aantal bezittingen). Er werd een voorbehoud gemaakt bij de verpachtingen van de Grafelijkheidsdomeinen dat als zij een stuk land verpachtte waarop de Majesteit (lees Koning van Spanje) ook nog iets van recht op had dat dit door de pachters zelf afgerekend moest worden. Je leest dat er nog veel gedoe was over de rechten rond het grondbezit want men was aan het rechten tegen het hof van Brussel (het had al veel duizenden guldens gekost staat ergens). De abdij wilde zijn recht laten gelden en mannen in het gevang gooien voor het overtreden van de regels terwijl de Grafelijkheid vond dat ze niet moesten zeuren want dat rentmeesters altijd het recht hadden om mensen aan te spreken op de schouw ook al lag dat niet direct binnen hun gebied. Bovendien hadden ze hun recht om de grens te passeren iedere zes maanden keurig betaald.
Noten:
Het geslacht Stael in Dussen - afkomstig uit Sliedrecht - bekleedde al vanaf begin 16de eeuw bestuursfuncties in Dussen Munsterkerk en Muilkerk. Johan (Jan) Adriaens Stael (ca 1680-<1655) was: secretaris Muilkerk (1607, 1617), schout van Muilkerk (1617) en van Munsterkerk (1634), schepen Muilkerk (1620), dijkgraaf van de Hoge Zeedijk van Dussen, zijn vader Adriaen Peters Stael (ca 1550-1620) was ook schout in Dussen. Jan Stael trouwde met Francine (Maria Françoise) van Hedickhuijsen (?-<1670), dochter van Joost van Hedichuijsen, drost van de lenen van de Baronie van Cranendonk, der stede Eindhoven, Heeswijk, Dinther en Berlicum, gehuwd met Maria Hovelmans.
Noten:
Peter (van) Cadijck was als rentmeester van Dussen aangesteld door de Eduard 'Jacot' van Axel die van 1626 tot 1657 kasteelheer was en opgevolgd werd door zijn zoon (uit zijn 2de huwelijk) Maerten van Axel van 1657 tot 1682. In de periode 1633-1645 wordt Peter van Cadijck als rentmeester vernoemd bij de overdracht van onroerend goed geregistreerd in de repertoria op de lenen van Emmikhoven, Hofstede Dussen en Hofstede van Riede. De naam Cadijck kwam in de 17de eeuw meer voor in het dit gebied o.a. in Giessen, Aalburg, Woudrichem en eerder al in Waalwijk en Elshout/Oud-Heusden. Als zelfstandignaamwoord wordt Cadijck ook wel gebruikt als synoniem voor Schenkeldijk.
Pieter 'Jacot' Cadijck, woonde te Elshout gemeente Oud-Heusden en was een natuurlijke zoon van Eduart 'Jacot' van Axel verwekt bij Johanna Du Bois, weduwe van N. van Borsselen. Omdat hij buiten het huwelijk - weliswaar met huwelijkse beloften - was verwekt, droeg hij niet de naam van zijn vader 'van Axel' maar werd hij geregistreerd als Pieter Jacot geseijt Cadijck. Pieter Cadijck was gehuwd met Lucia Emonts. Zijn zoon Eduart Jacot Cadijck trouwde met Maria van Oversteegh.
in 1633 kocht Pieter Cadijck 12 hond land van de erfgenamen van Dirck Pietersz. Cranendonck. Op deze verkoop heeft een Woudrichemse akte van 28.5.1633 betrekking (R.A. Woudrichem Il),waaruit blijkt dat Cadijck van de erven van Dirck Pietersz. van Cranendonck heel wat meer gekocht heeft,namelijk "de hofstad met huijsinge en bergen (schuur) groot 3 morgen genaemt heer Adriaen van Emmichovens ridderhofstad gelegen omtrent de kerk van Emmichoven tusschen de weg genaemt Staderhiel noortwaerts ter halven: Rome toe" en 2½ morgen "wesende leengoet ten zuiden van voornoemde weg".
Noten:De stukken werden op 13 oktober 1643 door Dirck van Nordingen vanuit Den Haag met een nadere uiteenzetting doorgestuurd naar zijn contactpersoon in de Abdij van Berne om deze zaak met de Abt en zijn Raad te communiceren/bespreken.
Jacob Adriaenssen van den Heuvel was leenman van de huijserije van Werckendam voorsz. ende in dier gualiteijt achterleenman van de graefflijckheijt van Hollant oock jegenwoordich (1640) schepenen aldaar.
Noten:
De plaats Santvliedt wordt al in 1135 genoemd als Santflit. Dit betekent "bevaarbare vliet door het zand". Het is een dorp ten zuiden van Ossendrecht. In 1622 had de Spaanse veldheer Ambrosius Spinola een schans met zeven bolwerken rondom Sandvliet laten bouwen. De vesting diende om Antwerpen beter te kunnen verdedigen tegen de Noordelijke Nederlanden. De werken namen zes jaar in beslag en gaven het dorp het aanzien van een vestingstad.
Transcriptie
Blad 1
Kopie van een uitspraak en conclusie voor Capiteijn Octavie, loots, Jan Lucas sergeant van de selve compagnie ende consorten apprehendanten [= degenen die gearresteerd hebben] ende aenleggeren [= eisers] tegens Reijnier Vervooren schouteth van den Werck[en] Jan Stalen [= Stael], schouteth tot Dussen Jan de Groot schouteth tot Almkerck Emmichoven ende Weerdthuijsen ende Peter van Caeijdijck rentmeester van den Dussen gevangenen
Brengende nochtans deselve sauvegaerde [= schriftelijk vrijgeleide] mede dat die van ses tot ses maenden niet alleenlijcken worden vernieuwt maer oock precijselijcken gelicht ende contributie pertenentelijcken op betaelt sonder ten achteren te wesen op peene dat in regarde om d’eene off d’andere in faute blijvende sij het erffect van den selve sauvegaerde sullen comen te verliezen ende de gevangenen ende ingesetenen aldaer gehouden sullen werden voor onvrije persoonen
Wes nochtans de gevangenen sijn gebleven in faute soo van d’een als van d’andere gelijck dat blijckt bij den registre gehouden door den heer ontf[ander] Geeraert van Uffle tot wiens ontfanck deselve contributie sijn staende
Boven dien soo is waerachtich dat inde Dussen leggen
blad 2 [links]
tweederhanden soorten van landen d’een resorterende onder de jurisdictie van Dussen Muijlkerck en Munsterkerck en Heer Aert Weert ende de Graeffelijcke goederen off goederen toecomende de Graeffel[ijcke]
Item dat de Graeffelijcke goederen zijn onder scheijdelijcken gesepareert van de goederen vande selve landen van Dussen
Item dat die Graeffelijcke goederen als van separatie jurisdictie worden jaerlijcx verpacht van wegen de Heeren van de rekencamer in Hollant, het sij tot Dort Gorcum off Worcum met expres vuijtsteecksel, dat oft saecke waere sijne Ma.t [Majesteijt] ijet op die Graeffel[ijcke] goederen pretendeerde tsij van contributie onvrijheijt der selver oft in regarde van hunne Officieren, dat die pachteren dat soude moeten dragen op hunne eijgen costen sonder des aengaende ijet aen hunne pacht te corten ofte dat die van de Graeffel[ijcke] wesende de voors. rekencamer van Hollant hen des aengaende souden hoeven t’indemneeren [= schadeloos stellen]
Dat oock over die goederen voor den geseten particuliere Officieren van de dorpen daer selver dorpen onder leggen
Dat de gevangenen respective sijn Officieren particulier van de Graeffelijckheijt behalvens hunne particuliere Offitien als Schouteth van de dorpen hier vooren gementioneert
Dat in consideratie dat sij hebben hunne commissien vande rekenkamer van Hollant ende tselve niet staende gespecificeert in hunne sauvegaerden dat sij sijn ende gehouden moeten worden van goede buijte ende het effect hunne sauvegaerde verlooren te hebben
Ten ware die qualiteijt als Officieren ende Graeffelijcheijt in hunne sauvegaerde specialcken stonde vuijtgedruckt dwelck niet bevonden en sal worden
Dat notior [= bekend] is dat die gevangenen als Officieren van de Graeffelijcheijt niet hebbende gecontenteert met het schouwen, visiteeren vande wegen off slooten gedaen bij die ordinarise Officieren van Dussen hebben doen doen van wegen
blad 2 [rechts]
vande rekencvamer van Hollant publicatie met affectie van billietten dat sij van wegen de Graeffel[ijcke] souden connen schouwen ende visiteeren op den sesden deser loopende maent October, ende de geene die bevonden souden werden in faute, dat die soude betalen drie guldens voor elcke faute tot behouve van de graeffelijckheijt
Dat de gevangenen op den voors. sesden Octobris hen aldaer hebben laten vinden om te schouwen
Gelijck sij aldaer ter plaetse in flagranti sijn bevonden geworden, niet tegenstaende die van de Dussen tegens hen hadde gedaen for,ele proteste van dat sij te vooren behoorlijck hadden geschout ende protesteerde van costen schaden ende intresse ingevallen daer van eenige swaericheijt hadde gecommen in regaerde van hunne dorpen ende dat aen daer de Graeffelijcke goederen soude willen nemen voor separatie goederen van de jurisdictie van Dussen, daer soo groote ende swaere processen tot Brussel over hadde gehangen, ende veele duijsenden hadden gecost
Vuijt dien sij daer mede genoch te kennen gaven de separtie jurisdictie tusschen die Graeffelijcke goederen ende die van de Dussen
dat die gevangenen inde procedure tot Brosselen oversulcx valschelijcken hebben gegeven hunne attestatie, dat de Grsefflijcke goederen waren van eender nature met den anderen onder Dusschen resorterende, ende dat daer geene separatie jurisdictien ofte officieren en waren wes sij nu worden achterhaelt als wesende Officieren van de Graeffelijckheijt ende in dier qualiteijt tot Dussen over de Graeffelijcke goederen jurisdictie geprorogeert [= uitstellen, verlengen]
Ende gemerckt tselven is directelijck tegens hunne sauvegarde die niet toe en laet dat sij sullen wesen in eenige staten-diensten maer moeten wesen vrij ende liber persoonen, ofte sulcken qualiteijt miet in hunne sauvegarde worden geexpliseert [= ontvouwd, uitgelegd] min off meer als eenen rentmr. vande doemijnen van sijne Ma.t [Majesteijt] eenen militaeren persoon ofte eenen derden in particulieren dienst van zijne Ma.t der selver Staten oft eenighe steden wesende
Soo comcludeeren ende sustineren [= staande houden] d’apprehendanten [= gevangenen of gearresteerden] aenleggeren
blad 3
ten eijnde de gevangenen sullen veclaert worden het effeckt van hunne sauvegarde verlooren te hebben ende dienvolgende te wesen van goede prijse en dat sij sullen schuldich wesen alhier te doen comnen in hechten dien persoon van Jacob Arents van den Heuvel tot Werckendam voorwiens persoon de gevangenen hun als borge hebben geconstitueert [= gemachtigd] et salutabitur cum expensis – daer toe i nende o palles….
Sij geconneceert [mogelijk gecommuniceerd] aende gevangenen, om hier op off tegens te seggen haer goetduncken binnen den derden dags – Actum in audientie militaire den 13 October 1643 – ondertekent P.Brands par ordonnantie vande heer suaiteur M. van den Renterghem
blad 4
links in het hoekje: Dussen wegens eenige crijghsgevangene 1643
blad 5 t/m 7
Bevat hetzelfde verhaal als hierboven staat uitgewerkt!
blad 9 t/m 12
Wederom hetzelfde stuk!
blad 13
Copije
De Ed. Heeren van de rekeninghe van Hollant ende de Heer van Strevenshoeck hebben mij de neffens gaende copijen ter handt gestelt die ick goet geacht hebbe U.E. eens toe te schicken omme de selve met den Heere Prelaet [Abt van Berne] ende die van synen raet gelieve te communiceren, ende in gevalle de crychsraet binnen Santvliet met de aengevangen procedueren souden willen voortgaen ende ge gevangenen ende anderen persoonen voor goede prijse soude verclaeren de meergenoemde heeren genootsaeckt sullen wesen het selve aenden heeren gecommitteerden Raden op de aenstaende vergaderinge aende Heeren Staten van Hollant sullen moeten aengeven, waer over lichtelycke den iegenwoordigen schout tot de Dussen ende andere die vande gerechte, sullen doen ophalen ende op de voorpoort van t’hoff gevanckelyck te brengen; waer ut niet anders te verwachten en is als een nieuwe retorsie [vergelding] ende contreretorsie, het welcke voor myn heer de Pfrelaet in dese coniuncture van tyde gevaerlyck is.
De oorsaecke vande geapprehendeerde personen bestaen niet als in captie ende een opgeraept werck is, die met handen te tasten syn, het sy door aengeven van Jacot [Eduart 'Jacot' van Axel] Heere tot Dussen oft des selffs schout gedaen is, die met de graeffelyckheyt in verscheyde processen is.
Wat aenlangt de eerste eyssch, de ingesetnen van den voors. Dorpen het effect vande sauvegarde souden hebben verkoren, vermidts sy lieden van ses maenden tot ses maenden de sauvegardens moeten doen vernieuwen ende promptelycke haer contributie syn gehouden te betalen, het welck ut het register vanden ontfanger Van Hoffele tot Antwerpen soude blycken;
Ter contrarie is sulcx dat de sauvegarde in febr. eerstcomende sal expireren [=aflopen, ophouden] ende verclaeren dat den voors[chreven] ontfanger aende contributie niet ten achteren en is;
Belangende den vorderen eijssch is ijmmers soo ongefundeert, nae dien de heeren van de rekeninghe geen jurisdictie inde heerlyckheyt tot de Dussen, Muijlkercken, Munsterkercken als andere gelegnyheyt hebben gesocht te exerceren [= oefenen, bedienen], veel min eenige schouten aldaer gestelt, gelijck mede Jan Stael geen schout tot de Dussen en is, alleenlycke dat onder den Baelieu van Suijthollant de hooge jurisdictie competeert [= toebehoort] ende oock is execerende, maer het gene de heeren vande rekeninge hebben gedaen, doen alle particulieren die indie quartieren eenige vuijter gorssen hebben ende verpachten de selven eens vrij gelts, ende dat den pachter gehouden is de contributie, omslagen ende alle ongelden geen utgesondert tot synen last moet nemen ende betaelen; dat sy van gelycken moeten te minsten eens siaers de slooten ende gripppen overwerpen ende suijveren om het water bequamer te doen affschieten, waer over de voors. gevangenen last hebben opsicht te nemen dat de pachters de conditien van haer huijr punctueelycke mogen naercomen; sulcx sy niet anders als rentm[eeste]rs en
blad 14
syn, het welck ijeder een, onder correctie, vermach te doen, ende niemant in syn jurisdictie en wordt vercort,
Sulcx U.E. genoch condt affmeten dat men de gevangens t’onrecht heeft opghehaelt ende tot groote costen houdt sitten;
Soe meynen de heeren vande rekeninge ende Heer van Strevenshoeck, die myn heer den Prelaet seer toegedaen syn, dat syn eerweerdicheyt tot voorcominge van eenige nieuwe retorsie ende contreretorsie de moeijten gelieffde te nemen offt een bequaem persone te committeren [= gelasten, bevel geven] tsy de Heer Herlaer off ijmant anders, die naer Antwerpen byden voors. ontfanger ofte naer Santvliet byden Gouverneur te committeeren ten eynde de voors. gevangenen mogen worden ontslagen, oft datter niet anders ut te verwachten en is dan dat de provisioneele affgedaen retorsie en contreretorsie inden jaere 1623 van weder sydts gesloten ende alsnoch heylichlycke wordt onderhouden, over hoop sullen worden geworpen tot groote preiudicie [ = prejuditie of nadeel, schade] ende naedeel van alle Abdye goederen die onder contributie gelegen syn, ende in dien den voors. ontfanger ofte den Heere Gouverneur de gevangen personen souden willen houden voor goede pryse dat dan meer genoemden Heer Prelaet neffens andere geestelycke heeren genootsaeckt sullen wesen daer over te clagen aen het Hoff van Brussel om ordre te stellen tot voorcominge van wyder onheijle die daer ut soude comen te ontstaen –
Ick en twyfele niet oft den Heere Prelaet die daer veel aen gelegen is sal resolueeren [= besluiten, vgl. het woord ‘resolutie’] met den alderiersten ijemant te committeeren die naer Antwerpen ofte Santvliet te gaen tot utvorderinghe van dese vuijlicheijt –
Ick en schryve aen mijn Heer den Prelaet tegenwoordich niet, maer laet het selve U.E. [U Edelen] aenbevolen wesen, versoecke gedienstelyck dat U.E. de moeyten gelieve te nemen bij den Heere Prelaet ofte den Advocaet Herlaer eens te gaen ende dese mijne schryvens met de neffens gaende stucken te communicceeren, bidde aen lyn een letter antwoordt tot schryven om de meergenoemde heeren daer van te mogen dienen, desen eyndigende naer myn gedienstelycke gebiedenisse aen myn Heer de Prelaet blyve altyt heere rentmr.
U.E. dienstbereyde ende was onderteeckent
Dirck van Nordingen 1643
Hage den 23 october 1643
blad 15
Met gelycke diensten is den remonstrant besich tot versoucke vande Ed: Heeren vande rekeninge van Hollant tot Santvliet, Antwerpen ende Brussel onder seeckere persoonen, die van wegen de Graefflicheyt van Hollant inde landen van Altena ende heerlicheyt vande Dussen gebruyct worden, byden Gouver[neu]r van Santvliet, grvanckelick syn opgehaelt, ende alreets onder cautie syn ontslagen, ende voorts op d’abder sude verhoopt uut te wercken, dat de proceduren jegens d’voorn[oemde] gevangenscost ende schadeloos soude mogen werden affgedaen, ende contreretorsien, aen wedersyt byde handt genomen soude mogen worden
blad 16
Memorie
Hettweede artivle van dat de sauvegarde van zes maenden tot zes maenden werden vernijeuwt ende betaelt, wort niyt tegengesproken ende is bij die vande Dussen ende bij gevolge de geapprehendeerden hare taux van contributie betaelt
dat aende Dussen en zouden zyn tweedeley soorten van landen vande Dussen Munsterkerck Muylkerck ende oock andere landen genaemt Graeffelicke Landen is, waerachtich, maer bespottelyck zulcke argumenten voore te brengen de wyle des Conins Landen ende domeijnen van andere ingelanden mede gesepareert zijn, gelyck oock alle ende een ijder bysondere zijn landen van andere zyn gesepareert, alwaer het maer met eene verloot [dubieus], zoo oock alle Abdyen ende andere geestelycke goederen in and[e]re jurisdictien voor het meerdere geinclaveert [denk aan ‘enclave’] zijn ende leggen
dat van wegen de Graeffelicheyt hare landen worden verpacht vrij gelt van alle contributien ende omslagen, daer uyt moet immers verstan werden dat de zelve contribueren ende te min in pachte gelden, wesende tselve de speculatien vanden rentm[eester]s om geen moeyten te hebben tgeene Conings Rentmr. oock practiseren oft immers practiseren mogen, als het hen gelieft
blad 18 links:
vande gevangene tot Dussen memorie
blad 18 rechts:
Copie
Memorie voor den sergeant Johan Lucas ende soldaten gaende naer de Dussen
dat sij hun tegens dijnsdach den 6 october sullen laten vinden binnen Dussen, alwaer dat sal beschieden de schouwinge ende visitatie van weegen de commissarisen van de Staten van Hollant over de Graeffelijcke goederen, op de visitatie sal wesen den Rentmeester Cadijck, Jan Stael, Jan de Groot met noch eenige andere commissarissen die daer tsamen op eenen waghen zullen commen ist mogelijck die altsamen tot Santvliet gevangen te brengen, ist niet mogelijck al ten minsten Cadijck, Jan Stael ende Johan de Groot – Ende dat die voor andere borgen blijven, ist het onmogelijck die oock mede te brengen, dwelck niet en meijnen oversuclx die vande Dusschen hen egeen p[ar]tij sullem maecken, maer aleer allen hulp doen, soo moetmen van hem borge nemen dat sij binnen Santvliet op een seeckeren dach sullen innecomen, maer beter is hem mede te brengen off eenige van hem, was onderteijckent, Vereijcken Gouverneur tot Santvliedt
blad 19 links:
intio octobris 1643
blad 19 rechts:
Copie
Memorie voor den sergeant Johan Lucas ende soldaten gaende naer de Dussen
zie verder blad 18 rechts
blad 20
gelijk aan tekst op blad 18 rechts
Bronnen
BHIC - Toegangsnummer: 2092 Archieftitel: Norbertijnenabdij van Berne, oud archief, 1134-1857.